Maasmechelen (B) | Sint-Monulfus en Gondulfus

Jules Geurts uit Berchem bouwde in de toren van de kerk van Maasmechelen in 1912 een orgel met 23 registers, kegelladen en pneumatische transmissie. Dit orgel raakte buiten gebruik vanaf 1985. Aan het begin van de 21^ste eeuw kwamen verschillende elementen van uitzonderlijke waarde in het bezit van de parochie van Maasmechelen. Deze elementen waren afkomstig uit het oude instrument van de Sint-Jacobskerk in Luik, een van de belangrijkste orgels van Clerinx uit Sint-Truiden. De bedoeling van deze transfer van de materialen van Clerinx was het construeren van een groot mechanisch instrument waarbij deze materialen zouden herbruikt worden. Dit wil zeggen dat in het nieuwe instrument voor Maasmechelen de volgende elementen van Clerinx gebruikt werden: de speeltafel, de windladen, de wellenborden van het Grand-Orgue en van het Récit, de discant van meerdere spelen en het grootste deel van de tongwerken van de manualen. De orgelkast van 1912 werd vergroot en de meest waardevolle registers van Geurts werden herbruikt, vooral voor het pedaal.

 

De dispositie van de manualen werd bepaald door de structuur van de windladen van Clerinx, en de dispositie van het pedaal werd geïnspireerd op de grotere tweeklaviersorgels met onafhankelijk pedaal van Clerinx . Het Grand-Orgue, dat met zijn basement op een Principal 16’ een unicum is in de productie van Clerinx, komt bijzonder impressionnant over dankzij het tongwerkenkoor met een bombarde 16’. Het Récit bevat een voor Clerinx zeer zeldzaam tongwerk met doorslaande tongen en een al bijna even zeldzame Voix Humaine.

 

De kast van Geurts werd aanzienlijk vergroot en voorzien van een nieuw basement dat het Récit expressif herbergt.